Differentiaaldiagnostiek bij hoogbegaafdheid en een DSM-classificatie
In onderwijs en jeugd-ggz neemt de vraag naar differentiaaldiagnostiek tussen hoogbegaafdheid en DSM-5-classificaties toe. Dit gaat gepaard met gemiste of misdiagnoses rondom hoogbegaafde (HB) of dubbel-bijzondere (2E) leerlingen. Getoond wordt waardoor differentiaaldiagnostiek bij vermoeden van HB of 2E onmogelijk en ongewenst is. Dit hangt samen met de feitelijk onjuiste beeldvorming van HB en met de nadruk op classificerende diagnostiek. Dimensionele sterkte-en-zwaktediagnostiek is een gewenst alternatief. Wij geven een aantal tips voor orthopedagogen en psychologen en adviseren tot rehabilitatie van de werkvorm diagnostiek binnen samenwerkingsverbanden, het vak diagnostiek binnen universitaire masteropleidingen, en een paradigmaverschuiving betreffende HB en 2E.